De Groene Man
De legende van The Green Man werd jarenlang door Amerikaanse ouders in Pennsylvania gebruikt als broodjeaapverhaal om hun kinderen bang te maken voor het donker, zodat ze niet te laat buiten zouden blijven spelen. Oh, en om tieners weg te houden bij een verlaten treintunnel vlak buiten de stad Pittsburgh, vermoedelijk zodat ze daar niet massaal zouden gaan neuken. Volgens de legende zou De Groene Man de geest zijn van een voormalige werknemer van een energiebedrijf, die door een verschrikkelijk elektrisch ongeluk een onheilspellende, groene gloed kreeg en zijn gezicht verloor. Deze legende werd bekender toen, vooral gedurende de jaren 60, verscheidene ooggetuigen De Groene Man ’s nachts hadden gesignaleerd in de buurt van snelweg Route 351. De legende werd zo bekend dat de verschijning zelfs meerdere namen kreeg, al bleven Charlie No Face en The Green Man het langst hangen.

Hoi.
In de Verenigde Staten is men, vooral richting het platteland, niet vies van een goed broodjeaapverhaal (“Jet fuel can’t melt steel beams!!1!) dus velen deden de verhalen omtrent De Groene Man af als de bijgelovige larie die het waarschijnlijk was. De waarheid was echter dat Charlie No Face daadwerkelijk bestond, en dat hij inderdaad ‘no face’ had. Hij was geen geest, echter, want geesten bestaan natuurlijk helemaal niet. Nee, De Groene Man was niemand minder dan Raymond Robinson, die in 1918, op jonge leeftijd, zo’n 22,000 volt door z’n lichaam voelde gieren toen hij op ongelukkige wijze een vogelnestje wilde inspecteren. Het resultaat? Hij verloor een arm, beide ogen, zijn neus en een oor; zijn gezicht was er letterlijk afgesmolten. Denk die scène uit RoboCop, met die crimineel en dat chemische afval, maar dan met een elektriciteitskabel en een achtjarig jongetje. Niet chill.

Z'n favoriete groene jas verklaarde een hoop.
Tegen alle verwachtingen in overleefde de jonge Raymond dit bizarre ongeval, al was hij dus wel voor het leven getekend. (Understatements maken: wij kunnen het.) Al snel leerde hij dat kinderen extreem kut kunnen zijn, want alsof het niet genoeg was dat hij eruit zag als, eh, iemand wiens gezicht eraf was gesmolten, werd hij vervolgens ook nog eens keihard gepest door zijn leeftijdsgenoten. Al gauw kreeg hij bijnamen als ‘de Zombie’, waardoor Raymond steeds meer als kluizenaar begon te leven, hopend het gepest van bekenden en het paniekerige gejank van onbekenden te kunnen vermijden. Hij hield echter heel erg van wandelen in de open lucht, en dus besloot hij om vooral ’s nachts zijn woning te verlaten om een frisse neus (sorry) te halen. De duisternis zou hem beschermen tegen ongewilde sensatie, en anderen voor zijn afschrikwekkende gelaat.

#squadgoals
Maar hoe zou jíj reageren als je, in het midden van de nacht, lekker rustig aan het rijden bent en je opeens langs de weg een spookachtige verschijning zonder gezicht ziet? Yeah, you’d freak the fuck out, en je zou er meteen paniekerig iets over plaatsen op Twitter. Nou, in de jaren 60 hadden ze dus nog geen social media (stelletje mazzelaars) en dus werd Raymond in mum van tijd een legende. Mensen gingen ’s nachts zelfs op zóék naar De Groene Man, en als Raymond in een goede bui was, dan was hij zelfs bereid om voor foto’s te poseren in ruil voor een peuk of een biertje. Zij die een gesprek met hem hebben gevoerd, beschrijven hem als een warme, aardige man. Raymond bleef zijn nachtelijke wandelingetjes maken tot zijn dood in 1985, maar de legende van De Groene Man bleef nog een lange tijd aanhouden.

75 jaar is een zeer respectabele leeftijd. Rust in vrede.
De onmogelijke zeilboten van de Micronesiërs
Heb je Disney’s Moana al gezien? Zo niet, kijken, want het is een dusdanig prachtige film dat Moana zich meteen bij het rijtje iconische Disney-prinsessen mag scharen. Je krijgt er daarnaast ontzettend veel zin van om een vakantietje te boeken naar een willekeurig eilandje in Polynesië. Of Melanesië. Of, als je je heel erg moedig voelt, Micronesië, want deze eilandengroep bestaat uit meer dan vijfduizend kleine eilanden. Vijfduizend! Da’s heel veel geëiland. Sterker nog, het zijn er zoveel dat historici in de 17e eeuw het er niet over eens konden worden hoe de Micronesiërs en hun voorouders deze eilanden gekoloniseerd hadden. “Volgens de verhalen hebben ze zeilboten die gezegend zijn door de zeegoden en daardoor supersnel zijn. Twee à drie keer zo snel als onze galjoenen!”, zei historicus A.

Langzamer dan een door een holbewoner in elkaar gezette, uit z'n kluiten gewassen kano.
Historicus B liet dit eventjes bezinken alvorens hij in schaterlachen uitbrak, z’n middelvingers richting zijn collega opstak, en met tranen nog in z’n ogen antwoordde: “Hahahaha ja, nee, da’s schattig. Weet je wat, zullen we het er gewoon op houden dat de Micronesiërs afstammelingen zijn van mensen die de weg op zee waren kwijtgeraakt en vervolgens op deze eilanden waren aangespoeld?” Historicus A kon niet zo goed met conflict omgaan en fluisterde dus een zielige “… oké”, en vervolgens werd die schipbreukelingentheorie als algemene waarheid beschouwd. De theorie van historicus A leek immers onmogelijk; de Micronesiërs genoten toen immers nog van een stenen-tijdperk-cultuur, dus no friggin’ way dat zij over achterlijke snelle zeilboten beschikten.

Zou de 4G daar een beetje degelijk zijn tegenwoordig?
We spoelen de videoband even door naar 1740: Engeland en Spanje hebben bonje over handelsroutes, en George Anson (een officier van de Britse koninklijke marine) vaart tijdens een missie soort van per abuis de hele aardkloot over. Eén van de hoogtepunten van zijn reis, naast het niet doodgaan, was het waarnemen van een absurd snel zeilbootje; de snelheid van het ding werd op meer dan dertig kilometer per uur geschat. In 1742 wist Anson er ééntje te vangen, en hij was zo onder de indruk van het simpele doch ingenieus ontwikkelde voertuig dat hij er meteen allerlei schetsen van liet maken. Het bootje, genaamd een proa, revolutioneerde de zeevaart; hedendaagse vaartuigen als de catamaran en bijna alle moderne veerschepen zijn op de proa gebaseerd.

Keiharde cultural appropriation, hiero.
Was de proa gezegend door goden, zoals de voorouders van Dwayne ‘the Rock’ Johnson? Zeer waarschijnlijk niet, nee, maar de mythes hadden geen woord gelogen over de snelheden die het ding kon behalen. De ontdekking van de proa stond aan het begin van een vernieuwd begrip voor de Micronesiërs, hun cultuur, hun geschiedenis, en hun band met de Grote Oceaan. Men ontdekte dus dat de Micronesiërs niet alleen de techniek en snelheid hadden om zich gemakkelijk van eiland naar eiland te bewegen, maar ook de daarvoor benodigde navigatiekennis: Micronesische navigators hadden dusdanig zieke skills dat ze één van de eersten waren die een navigatietechniek genaamd gegist bestek gebruikten (in het Engels het veel cooler klinkende dead reckoning). Ook konden ze de locaties en details van meer dan 200 verschillende eilanden onthouden, én konden ze eilanden 'aanvoelen' die voorbij de horizon lagen, door veranderingen op te merken in de wolkenpatronen en de waterstromingen. Wat we dus in feite proberen te zeggen is dat je Moana bijna zou kunnen zien als documentaire.
"Wat is een proa?"
"Een Moana-boot."
"Ooooooh."
De moordende geest van het Nyosmeer
Het Nyosmeer is een kratermeer in een inactieve vulkaan in Kameroen. Nog stoerder dan het feit dat hier dus ooit een ruimterots is ingeslagen, was één van de lokale legendes over dit meer: er zou een kwaadaardige geest in de krater wonen, die ’s nachts tevoorschijn kwam om iedereen te vermoorden die zich te dicht bij het water durfde te begeven. Volgens getuigen die een aanval van de geest zeggen te hebben overleefd, was de komst van het wezen te herkennen aan het niet geheel onopvallende verschijnsel van water dat in bloed veranderde, ala het Oude Testament. Of Slayer, wat jij wil.

Het Oude Testament was best wel metal, eigenlijk.
Deze legende heeft ervoor gezorgd dat één van de lokale bevolkingsgroepen, de Bafmen (stop met grinniken, jij achterin), besloot naar hoger liggend gebied te verhuizen. Dit gedrag werd helaas niet gekopieerd door de vele groepen die halverwege de 20e eeuw interesse begonnen te krijgen in het gebied en zich rondom het meer begonnen te vestigen. Want, ach, waarom luisteren naar het advies en de horrorverhalen van de inheemse bevolking, niet waar? Bloeddorstige geesten bestaan niet, joh. Wat is het ergste dat kan gebeuren?

Gegarandeerd de goedkoopste plek in 't land om te wonen.
Famous last words. In 1986 werden namelijk de bijna 1500 lijken gevonden van mensen die in de buurt van het meer woonden. Wat bleek? Het Nyosmeer is vatbaar voor zogenaamde limnische uitbarstingen, oftewel, het vrijkomen van gigantische hoeveelheden koolstofdioxide. En aangezien CO2 zwaarder is dan zuurstof, had iedereen die op de hoger liggende gebieden woonde (waaronder de Bafmen) nergens last van, maar werd iedereen iedereen die op het laagliggende gebied bij het meer lag te chillen dus verstikt. Wie wel eens van zijn of haar partner een dutch oven heeft ontvangen (dat is wanneer iemand een scheet in bed laat en de dekens vervolgens over je hoofd trekt zodat je het móét ruiken): dat dus, maar dan zonder dat je wakker wordt.

Niets zegt "ik hou van je" als een hete, verstikkende scheet vlak voor 't slapen gaan.
Dus, nee, er woonde geen moordlustige geest in het Nyosmeer, maar, ja, het bevatte zeker iets waar men bang voor mocht zijn. Oh, en het water dat in bloed veranderde? Ook dat was niet uit een Bafmen-duim gezogen: de hoge concentraties koolstofdioxide veranderde het meer van Spa Blauw naar Spa Rood, zowel qua prikgehalte als qua kleur. Het tafereel zou er daadwerkelijk als iets uit een horrorfilm hebben uitgezien. Een meer dat volledig rood wordt en iedereen in de buurt ervan vermoordt? Man, als dat niet zowat de definitie is van creepy rotzooi waar je niet mee hoort te fucken, dan weten wij het ook niet meer. 'De vloek van de geest' is dan nog vrij conservatief vergeleken met hoe wij die shit zouden hebben verklaard als we geen voorliefde voor empirie hadden gehad.

Afgebeeld: koolstofdioxide.